Wees altijd alert op de aanwezigheid van mijn verwondering

Wees altijd alert op de aanwezigheid van mijn verwondering

📅 maandag, 15 september, 2025
Categorieën: Balans Mens/Ouder, Communicatievaardigheden, Persoonlijke Ontwikkeling, Zelfvertrouwen

Écht aanwezig bij je puber

Je zit naast je puber op de bank met je telefoon in je hand en gedachten bij de boodschappen of dat ene mailtje. Je kind zegt iets en je knikt automatisch. Een uur later weet je niet meer wat er gezegd is.
Herkenbaar? Dat is het verschil tussen fysiek aanwezig zijn en emotioneel aanwezig bij je puber. En je puber voelt dat verschil feilloos.

Het pijnlijke: je kind kan niet bij je terecht als jij zelf niet thuis bent in je hoofd en hart. In dezelfde ruimte zijn is niet genoeg. Zonder aandacht voelt het leeg.

Fysiek aanwezig, emotioneel afwezig

Veel ouders herkennen dit:

  • “Ik ben de hele dag thuis, maar mijn kind trekt zich terug.”
  • “Ze vertellen me niks, terwijl ik er altijd ben.”
  • “Hij komt alleen met kleine dingen, nooit met wat écht speelt.”
  • “We zitten samen op de bank, maar het voelt alsof we in twee werelden leven.”

De vraag is niet: ben je er fysiek? Maar: ben je emotioneel aanwezig bij je puber?

Wat aanwezig zijn echt betekent

Aanwezig zijn betekent méér dan samen in de kamer zitten. Pubers voelen haarfijn wanneer jij wordt opgeslokt door stress, telefoon of piekergedachten. Voor hen voelt dat als: ik kan nu niet terecht.

Verbinding is emotioneel, niet fysiek.
Stel je voor: jij vertelt iets aan iemand die blijft scrollen. Hoe voelt dat? Precies dat ervaart je puber ook.

Waarom dit cruciaal is in de puberteit

De puberteit is een fase van losmaken, grenzen zoeken en identiteit testen. Maar dat betekent niet dat je puber jou minder nodig heeft. Integendeel.

Juist in deze chaos zoeken ze een veilige basis. Niet jouw adviezen, maar je luisterend oor. Niet jouw oplossingen, maar je aanwezigheid.

Als jij niet emotioneel aanwezig bent bij je puber, dan kan je kind dat vertalen naar: mijn gevoelens zijn niet welkom.

Gevolgen:

  • Meer afstand nemen
  • Minder delen
  • Emoties inslikken
  • Bevestiging zoeken op social media of bij vrienden

Quick wins: 5 praktische stappen

  1. Maak korte momenten groots – vijf minuten écht luisteren is vaak genoeg.
  2. Leg je scherm neer – telefoon weg = signaal: ik kies voor jou.
  3. Check jezelf – ben ik beschikbaar of met mijn hoofd elders? Zeg eerlijk wat er speelt.
  4. Reageer met aanwezigheid – stel vragen in plaats van “hmhm”.
  5. Wees thuis in jezelf – hoe beter jij je gevoelens kent, hoe veiliger je puber zich voelt.

Extra praktische tips

  • Creëer rituelen – thee na school, samen wandelen, check-in bij eten.
  • Gebruik micro-momenten – oogcontact, knipoog, hand op schouder.
  • Durf stil te zijn – luisteren zonder adviezen kan genoeg zijn.
  • Herstel – “Ik was er net niet bij, wil je het opnieuw vertellen?”

Het verschil dat dit maakt

Stel je voor: je puber komt boos binnen. Je legt je telefoon weg en zegt: “Ik zie dat je baalt. Wil je erover praten of chillen?”

Dat moment is goud. Niet omdat je het probleem oplost, maar omdat je er echt bent.
Kinderen leren dan: ik mag er zijn, ook met mijn chaos.

  • Een moeder ontdekte dat haar zoon pas begon te praten toen zij tijdens het eten de laptop dichtliet.
  • Een vader merkte dat zijn dochter opener werd toen hij zijn telefoon weglegde.
  • Een ouder die eerlijker werd over eigen gevoelens zag dat haar dochter meer durfde te delen.

Conclusie

Fysiek aanwezig zijn is niet genoeg. Je puber heeft jouw emotionele aanwezigheid nodig. Dat hoeft niet perfect te zijn: intentie en eerlijkheid zijn genoeg.

Vraag jezelf af: ben ik thuis in mezelf? Alleen dan kan je puber écht bij jou thuiskomen.

Oefenen? Lees ons e-book Verbinden met je puber (€9,99) of volg Puberproof Basics (DIY, €149).

Over pubers en kritiek

NJI: Over Emotionele beschikbaarheid

Als jij niet thuis bent, kan ik niet bij je komen

Als jij niet thuis bent, kan ik niet bij je komen

Emotioneel aanwezig bij je puber

Je zit naast je puber op de bank met je telefoon in je hand en in gedachten bij de boodschappen of dat ene mailtje. Je kind zegt iets, jij knikt automatisch. Een uur later weet je niet meer wat er gezegd is.
Herkenbaar? Dat is het verschil tussen fysiek aanwezig zijn en emotioneel aanwezig bij je puber. En je puber voelt dat verschil feilloos.

Het pijnlijke: je kind kan niet bij je terecht als jij zelf niet écht aanwezig bent in je hoofd en hart. Samen in dezelfde ruimte zijn is niet genoeg. Zonder aandacht voelt het leeg. 

fysiek thuis, maar toch afstand

Veel ouders vertellen hetzelfde verhaal:

  • “Ik ben de hele dag thuis, maar mijn kind trekt zich terug.”
  • “Ze vertellen me niks, terwijl ik er altijd ben.”
  • “Hij komt alleen met kleine dingen, nooit met wat écht speelt.”
  • “We zitten samen op de bank, maar het voelt alsof we in twee werelden leven.”

De echte vraag is niet of je er fysiek bent. De vraag is: ben je er emotioneel aanwezig voor je puber? 

waarom aanwezigheid meer is dan samen zitten 

Pubers prikken feilloos door jouw innerlijke afwezigheid heen.
Als jij opgeslokt wordt door stress, telefoon of vermoeidheid voelt je kind: ik kan nu niet terecht.

Verbinding is emotioneel. Je kunt naast je kind zitten en tóch onbereikbaar zijn. Stel je voor dat je iets deelt met iemand die blijft scrollen. Hoe voelt dat? Precies zo ervaart je puber het ook.

Waarom dit cruciaal is in de puberteit 

De puberteit is dé fase waarin kinderen zelfstandiger worden en hun identiteit vormen. Ze zoeken grenzen op en testen hun onafhankelijkheid. Maar juist dan hebben ze jou nodig als veilige basis.

Niet jouw adviezen, maar je aanwezigheid.
Niet jouw oplossingen, maar je luisterend oor.

Wanneer je niet emotioneel aanwezig bij je puber bent, kan je kind dat vertalen naar: mijn gevoelens zijn niet welkom of zelfs ik ben te veel.

Gevolgen zijn o.a.:

  • Meer afstand nemen
  • Minder delen
  • Emoties inslikken
  • Bevestiging zoeken op minder veilige plekken (vrienden, social media)

5 stappen om emotioneel aanwezig te zijn

  1. Wees thuis in jezelf – hoe beter jij je gevoelens kent, hoe veiliger je puber zich voelt.
  2. Maak korte momenten groots – vijf minuten écht luisteren is vaak genoeg.
  3. Leg je scherm neer – telefoon weg = ik kies voor jou.
  4. Check jezelf – zeg eerlijk: “Ik ben nu moe, straks ben ik er echt.”
  5. Reageer met aandacht – stel vragen: “Hoe voelde dat voor jou?”

Extra praktische tips voor het dagelijks leven: 

  • Creëer rituelen: kop thee na school, vaste check-in bij avondeten.
  • Gebruik micro-momenten: oogcontact, een knipoog, een hand op de schouder.
  • Durf stil te zijn: luisteren zonder adviezen.
  • Herstel: “Ik was er net niet echt bij, wil je het opnieuw vertellen?”

Het verschil dat dit maakt 

Stel je voor: je kind komt boos binnen. Je bent moe en zou het liefst even niets horen. Maar je legt je telefoon weg, kijkt ze aan en zegt: “Ik zie dat je baalt. Wil je erover praten of wil je even chillen?” 
Dat moment is goud. Niet omdat je het probleem oplost, maar omdat je er bént. 
Kinderen leren dan: ik mag er zijn, ook met mijn chaos en emoties. Mijn ouder is er voor me. Dat gevoel bouwt vertrouwen en veerkracht. 

Voorbeelden uit de praktijk 

  • Een moeder merkte dat haar zoon pas begon te praten toen zij stopte met werken tijdens het eten.
  • Een vader legde zijn telefoon weg en zag dat zijn dochter meer deelde over vriendinnen.
  • Een ouder die opener werd over eigen gevoelens, ontdekte dat haar dochter ook meer durfde te delen.

Conclusie 

Fysiek aanwezig zijn is niet genoeg. Je puber heeft jouw emotionele aanwezigheid nodig. Het gaat niet om uren, maar om kwaliteit.
Vraag jezelf af: ben ik thuis in mezelf? Alleen dan kan je puber bij jou thuiskomen.

👉 Meer leren? Lees ons e-book Verbinden met je puber (€9,99) of start met Puberproof Basics (DIY, €149).


Jouw voorbeeldfunctie als ouder volgens het NJI

Mag ik de hoofdrol spelen in mijn eigen film, of wil je dat ik de hoofdrol speel in die van jou?

Mag ik de hoofdrol spelen in mijn eigen film, of wil je dat ik de hoofdrol speel in die van jou?

Intro 

“Als ik vroeger de kans had gehad, dan was ik…” 
Herkenbaar? Veel ouders willen hun kinderen behoeden voor dezelfde gemiste kansen of fouten. Het komt voort uit liefde: je gunt je puber meer dan jij ooit hebt gehad. Maar soms voelt je kind ondertussen de druk van een script dat niet het hunne is. 
Kinderen zijn geen acteurs in een remake van jouw leven. Ze zijn de hoofdrolspelers in hun eigen film. Jij mag in de aftiteling, misschien een cameo spelen, maar het verhaal is van hen. 

Herkenning 

Misschien herken je dit soort situaties. 
Je stuurt je puber richting een sport die jij vroeger zelf had willen doen, maar nooit hebt gedurfd. 
Je zegt: “Ik had zo graag dat ik…” en je hoopt dat zij het nu oppakken. 
Je voelt teleurstelling wanneer ze een route kiezen die je zelf nooit voor ogen had. 
Of je merkt dat je éxtra trots bent als ze precies in jouw voetsporen stappen. 
Op het eerste gezicht lijkt het onschuldig. Je motiveert, stimuleert, geeft richting. Maar als je eerlijk kijkt, zie je dat er iets schuurt. Want jouw kind krijgt de hoofdrol in een film die niet hun eigen verhaal vertelt. 
En pubers voelen dat feilloos aan. Ze hebben een radar voor authenticiteit en pikken de kleinste signalen op. Als jouw trots meer zegt over jouw verleden dan over hun heden, merken ze dat. 

Inzicht 

Projecties zijn bijna altijd geboren uit liefde en angst. 
Liefde, omdat je gunt wat jij hebt gemist. Je wilt dat ze kansen grijpen, dromen najagen, succes behalen. 
Angst, omdat je niet wilt dat ze struikelen zoals jij. Je probeert ze te behoeden voor pijn, teleurstelling of spijt. 
Maar precies daardoor maak je hun leven minder vrij. In plaats van regisseur van hun eigen film, worden ze acteur in jouw reprise. Hun autonomie verdwijnt, jouw verwachtingen vullen het scherm. 

Wat dit met een puber doet 

Pubers zoeken juist in deze levensfase hun eigen identiteit. Hun brein is volop bezig met vragen als: Wie ben ik? Wat wil ik? Waar hoor ik bij? Als jij hun keuzes inkleurt met jouw dromen en angsten, leren ze minder goed vertrouwen op hun eigen kompas. 

Gevolgen die je kunt zien: 

  • Een puber die alles doet om jou trots te maken, maar zichzelf verliest. 
  • Een puber die zich juist extra afzet, omdat jouw film hun stikt. 
  • Een puber die besluiteloos wordt, omdat ze bang zijn om het verkeerde script te kiezen. 

Wat ze nodig hebben, is een ouder die naast hen in de bioscoopstoel zit. Een ouder die lacht, klapt, popcorn doorgeeft en zegt: Ik ben benieuwd hoe jouw verhaal loopt. 

Waarom dit zo moeilijk is voor ouders 

Het is bijna natuurlijk om je eigen dromen door te geven. Je hebt ervaring, je ziet patronen en je denkt: ik weet hoe dit afloopt. Maar jouw leven is niet hun leven. Hun verhaal kent andere personages, andere kansen, andere obstakels. 
Daarnaast speelt er nog iets. Als je puber slaagt of faalt, voelt dat vaak persoonlijk. Hun keuzes raken jouw trots. Hun fouten raken jouw angsten. Het maakt opvoeden soms tot een emotionele achtbaan. 
De kunst is om het script uit handen te geven, terwijl je wel betrokken blijft. Je hoeft geen regisseur te zijn om een betekenisvolle rol te spelen. Soms is een cameo genoeg. 

Quick wins – zes stappen om hun film terug te geven 

1. Check je taal. 
Luister eens kritisch naar jezelf. Hoe vaak zeg je: “Dat had ik vroeger ook graag gedaan”? Daarmee schuif je onbewust jouw verhaal in hun handen. Probeer taal te gebruiken die hun perspectief centraal zet: “Wat zou jij willen proberen?” 

2. Stel vragen in plaats van adviezen te geven. 
Een simpele: “Waar word jij enthousiast van?” opent meer deuren dan: “Dit zou goed bij je passen.” Pubers voelen zich gezien wanneer hun eigen verlangens leidend zijn. 

3. Laat verschil bestaan. 
Misschien kies jij altijd voor zekerheid, en kiest je puber voor avontuur. Of andersom. Hun keuzes hoeven niet jouw keuzes te zijn. Verschillen zijn geen bedreiging, maar kansen voor groei. 

4. Vier hun plotwendingen. 
Misschien verandert je puber drie keer van richting. Misschien kiezen ze een pad dat jij niet begrijpt. Zie het als een filmgenre dat je zelf niet zou kijken, maar waar je toch van kan genieten omdat zíj schitteren. 

5. Deel je eigen verhaal eerlijk, maar kort. 
Het is prima om te zeggen: “Ik had die kans niet, en dat vond ik jammer.” Maar maak er geen script van. Vertel je verhaal als achtergrond, niet als leidraad. 

6. Bied veiligheid in plaats van regie. 
Jouw rol is de veilige basis. Jij hoeft hun keuzes niet te regisseren. Jij bent degene die applaudisseert, opvangt als het misgaat, en blijft zitten als de zaal donker wordt. 

Extra voorbeelden uit de praktijk 

Een moeder die altijd ballerina had willen worden, schreef haar dochter in voor dansles. Haar dochter hield het een jaar vol en stapte toen over naar voetbal. Pas toen de moeder besefte dat haar eigen droom meespeelde, kon ze opgelucht applaudisseren vanaf de zijlijn van het voetbalveld. 
Een vader die spijt had dat hij nooit gestudeerd had, pushte zijn zoon richting universiteit. Zijn zoon wilde eigenlijk een vak leren. Toen de vader losliet, bloeide de jongen op in een leerwerktraject. 
Een ouder die zijn dochter een tussenjaar in het buitenland adviseerde, kreeg terug: “Ik wil gewoon meteen studeren.” Door dat te respecteren, gaf hij haar vertrouwen. Het werd geen reprise van zijn gemiste kans, maar een première van haar eigen pad. 

Conclusie 

Je puber is geen figurant in jouw film. Ze zijn de hoofdrolspeler in hun eigen script. 
Loslaten betekent niet dat je verdwijnt. Het betekent dat je van regisseur naar supporter gaat. Je bent niet langer degene die aanwijzingen roept, maar degene die applaudisseert als ze hun eerste stap zetten. Hun leven is geen reprise van het jouwe. Het is een première, compleet met bloopers, onverwachte wendingen en muziek die jij misschien niet eens leuk vindt. 
En dat is precies de magie van ouderschap: leren genieten van een film die jij niet hebt geschreven, maar waar je wel met liefde naar mag kijken. 

Wil jij leren hoe je verwachtingen loslaat en écht de regisseursstoel teruggeeft? Lees ons e-book Verbinden met je puber (€9,99). Of volg Puberproof Samen Slim (groepstraject, €349) en ontdek samen met andere ouders hoe je applaus geeft in plaats van aanwijzingen. 

Als je teveel kritiek geeft, blijft je puber van jou houden – maar minder van zichzelf

Als je teveel kritiek geeft, blijft je puber van jou houden – maar minder van zichzelf

Je puber houdt van je. Met heel zijn hart. Onvoorwaardelijk. Daar hoef je niets voor te doen. Maar langzaam, haast onmerkbaar, kan er iets schuiven. Niet in hun liefde voor jou, maar in hun liefde voor zichzelf.
En dat gebeurt vaak niet omdat jij schreeuwt, of onaardig bent. Het gebeurt subtieler. Omdat jij corrigeert. Steeds weer.
Je bedoelt het goed. Je wilt helpen, begeleiden, richting geven. Maar wat voor jou klinkt als betrokkenheid, klinkt in het hoofd van je kind vaak als: ik ben niet goed genoeg.

Herkenning: de krasjes in hun spiegel

Ouders vertellen vaak:
– Je fronst bij hun kamer en zij horen: mijn plek is niet goed genoeg.
– Je geeft tips bij hun presentatie en zij horen: ik kan het niet zelf.
– Je prijst een 8 en zij denken: bij een 6 ben ik minder waard.

Elke correctie voelt voor jou klein, een detail. Maar voor hun zelfbeeld is het een krasje in de spiegel. En krasjes blijven zichtbaar, ook als jij ze zelf allang niet meer ziet.

Kinderen hebben een verbazingwekkend goed geheugen voor blikken, zuchten en kleine opmerkingen. Ze vertalen die niet naar: mijn ouder bedoelt het goed. Ze vertalen het naar: ik faal. En die gedachte nestelt zich langzaam in hun zelfbeeld.

Inzicht: analyse versus aanwezigheid

De harde waarheid: teveel kritiek is systemische zelfafwijzing met een glimlach. Het lijkt liefdevol. Het voelt voor jou als begeleiden. Maar in de onderstroom zeg je eigenlijk: je bent pas waardevol als je het beter doet.
En kinderen passen zich aan. Niet om het goede te doen, maar om jouw goedkeuring te verdienen. Ze leren hun gedrag af te stemmen op jouw gezichtsuitdrukking in plaats van hun eigen kompas.
Vraag jezelf dus eens af: wil je dat je kind zich gezien voelt, of geanalyseerd? Wil je dat hun innerlijke stem later fluistert “Ik ben goed zoals ik ben”, of “Ik moet altijd beter”?

De spiegel die barst op fluistervolume

De stem van een ouder wordt de innerlijke stem van een kind. Dat is geen metafoor, dat is psychologisch bewezen.
Als jij vaak zegt:
“Waarom pak je het niet anders aan?”
“Zou je dat wel doen?”
“Als jij nou gewoon even luistert…”

dan worden dat later hun eigen gedachten:
“Doe het beter.”
“Waarom ben ik zo?”
“Wat is er toch mis met mij?”

En zo ontstaat een innerlijke criticus die maar moeilijk tot zwijgen te brengen is. Die stem reist mee naar volwassenheid, naar hun relaties, hun werk, hun dromen.

Waarom we zo vaak corrigeren

We corrigeren niet omdat we willen afbreken. We doen het omdat we bang zijn. Bang dat ze falen, dat ze kansen missen en dat wij falen als ouder. Die angst vertaalt zich in micro-opmerkingen, goedbedoelde tips, kleine zuchten. Maar je kind voelt dat als druk. En druk slijt sporen in hun zelfbeeld.

Een klein experiment

Probeer dit eens: slik komende week 80% van je correcties in. Laat details los.

Wat er gebeurt? Nee, je puber verandert niet in een losgeslagen projectiel. Ze leren juist meer dan je denkt. Want ineens is er ruimte. Ruimte om zelf te proberen, te falen, te leren. Misschien worden ze wat vrijer. Wat zekerder. Wat zachter voor zichzelf. En dat is precies wat je hen wilt meegeven. Natuurlijk wil je dat je kind iets bereikt. Tuurlijk. Je wilt dat je puber slaagt. Dat ze hun talenten gebruiken, kansen grijpen, stevig staan. En eerlijk: soms ook omdat jij denkt: wat zullen anderen zeggen als ze het niet redden? Maar je puber is geen wandelend CV. Geen bonuslevel dat jij moet behalen. Geen upgrade van jouw leven. Ze zijn een eigen mens, met hun eigen chaos, charme en keuzes. En die keuzes maken ze sterker, juist als jij stopt met voortdurend bijsturen.

 

Liefde als thuisbasis – geen prestatiebeloning

Laat jouw liefde geen beloning zijn voor prestaties. Laat het de basis zijn.
Een zachte plek om te vallen. Zonder “je moet”, “je zou”, of “waarom deed je niet”.
Grenzen zijn nodig. Natuurlijk. Maar stel ook zachtheid in. Stilte. Ruimte. Zodat je kind leert:
“Ik ben goed zoals ik ben. Ik hoef geen perfectie te leveren om geliefd te worden.”

Quick win: 5 stappen naar minder kritiek en meer verbinding

– Check je intentie. Vraag jezelf: wil ik écht helpen, of wil ik dat het sneller of netter gaat?
– Begin met erkenning. Zeg eerst wat goed gaat: “Wat fijn dat je eraan begonnen bent.”
– Gebruik suggesties in plaats van bevelen. Niet: “Waarom doe je dat niet anders?” Wel: “Wat zou er gebeuren als je dit zo probeert?”
– Focus op het proces, niet op perfectie. Complimenteer de moeite, niet alleen het resultaat.

Slik 80% van je kritiek in. Je zult zien: je puber ontspant en leert meer dan je dacht.
Het verschil dat dit maakt als jij verandert van corrigerende ouder naar aanwezige ouder, gebeurt er dit:
– Je puber voelt zich gezien, niet geanalyseerd.
– Hun zelfbeeld groeit in plaats van krimpt.
– Er ontstaat meer openheid en vertrouwen.

Jouw stem wordt hun innerlijke steun, niet hun innerlijke criticus.
Dat is het verschil tussen liefde die afbreekt en liefde die bouwt.

Conclusie

Kritiek is soms nodig. Maar als het je standaardtaal wordt, spreek je niet meer met liefde maar met eisen. Je puber houdt sowieso van je, onvoorwaardelijk. Maar als jij steeds inbreekt op hun ruimte, leren ze vooral minder van zichzelf te houden.
Laat jouw stem niet de reden zijn dat hun innerlijke stem hen afbreekt. Laat jouw stem juist de fluistering zijn die zegt: Je bent goed zoals je bent.

*Externe bron: Meer lezen over de impact van ouderlijke kritiek? Zie Universiteit Leiden.

Wil je leren hoe je grenzen stelt zonder het zelfbeeld van je kind te breken? 

Beantwoord mijn schreeuw met liefde

Beantwoord mijn schreeuw met liefde

Je puber schreeuwt. Hard. Woorden die je raken als pijlen:
“Je begrijpt me nooit!”
“Laat me met rust!”
“Jij verpest alles!”

En jij? Jij voelt de woede, de pijn, misschien ook de neiging om terug te schreeuwen. Want laten we eerlijk zijn: wie vindt het fijn om op deze manier behandeld te worden?

Toch gebeurt er onder die schreeuw iets bijzonders. Achter al dat volume zit vaak maar één boodschap: Hoor mij. Zie mij. Hou nog van me, ook nu.

Het vraagt ongelofelijk veel kracht van jou als ouder om dat te herkennen. Maar als je het leert, verandert schreeuwen van oorlog in een uitnodiging tot verbinding.


Herkenning

Veel ouders herkennen dit soort situaties:

  • Je puber gooit de deur dicht en roept: “Jullie snappen er echt helemaal niks van!”
  • Je probeert rustig te blijven, maar na de derde keer “Doe normaal!” schiet jij óók uit je slof.
  • Je voelt je diep geraakt, omdat je puber alles lijkt af te wijzen wat jij met liefde probeert te geven.
  • Na afloop heb je spijt. Van je woorden. Van je toon. Van het feit dat je weer in dezelfde valkuil stapte.

Het voelt alsof je voortdurend in een strijd zit waarin niemand wint. Maar achter al dat kabaal schuilt geen haat. Het is een verkapte hulpkreet.


Inzicht

Boosheid en schreeuwen zijn geen misdaad. Het zijn emoties in overdrive. In de puberteit is het brein nog volop in ontwikkeling. De prefrontale cortex – het deel dat regelt dat je nadenkt voordat je reageert – is nog niet af. Het limbisch systeem – dat van emoties en prikkels – draait juist overuren.

Wat betekent dat?

  • Je puber voelt intenser.
  • Ze reageren sneller.
  • Hun vermogen om te reguleren is nog beperkt.

Daarom schreeuwen ze. Niet omdat ze jou haten, maar omdat hun binnenwereld overloopt.

Jouw reactie bepaalt vervolgens wat ze leren:

  • Als jij terugschreeuwt, leren ze dat boosheid gelijkstaat aan strijd.
  • Als jij je terugtrekt, leren ze dat boosheid gevaarlijk is.
  • Als jij aanwezig blijft met liefde, leren ze dat boosheid er mag zijn én dat verbinding mogelijk blijft.

Dat is geen soft gedoe. Dat is emotionele veiligheid. En dat is de basis waarop je puber leert zijn of haar emoties later zélf te reguleren.


Waarom dit zo moeilijk is

Omdat het pijn doet.
Een puber die schreeuwt, kan je het gevoel geven dat je faalt. Dat je niet gewaardeerd wordt. Dat je machteloos bent. En eerlijk: vaak raakt het aan je eigen oude pijn. Misschien herken je het uit je jeugd, waarin schreeuwen nooit mocht. Of juist altijd de norm was.

Dan is het extra lastig om niet terug te vallen in je automatische reactie: vechten of vluchten. Maar dit is precies het punt waar jij als ouder de toon zet.


Quick win: 5 stappen om schreeuwgedrag te beantwoorden met liefde

  1. Adem voor je reageert.
    Klinkt cliché, werkt echt. Een diepe ademhaling zorgt dat jouw brein niet in paniekstand schiet.
  2. Herken de boodschap achter de schreeuw.
    Vraag jezelf: wat wil mijn kind nu écht zeggen? Vaak is het: “Zie mij. Hoor mij.”
  3. Blijf fysiek en emotioneel aanwezig.
    Loop niet weg tenzij het onveilig is. Zeg: “Ik ben hier. We praten als je rustiger bent.”
  4. Normaliseer emoties.
    Zeg: “Boos zijn mag. Maar we zoeken een manier zonder elkaar pijn te doen.”
  5. Reflecteer samen na afloop.
    Als de storm voorbij is, vraag: “Wat maakte je zo boos? En wat had je op dat moment nodig?”

Zo wordt een conflict een kans om te leren, in plaats van een strijd om te winnen.


Het verschil dat dit maakt

Wanneer jij boosheid ontmoet met liefde:

  • Je puber voelt zich veilig, ook als hij of zij fouten maakt.
  • Er ontstaat minder escalatie, omdat jij de brand niet verder aanwakkert.
  • Je kind leert dat emoties er mogen zijn, maar niet ten koste van de relatie.
  • Jullie band verdiept zich, juist doordat je laat zien: ook in de storm blijf ik.

En dat is een levensles die je puber later meeneemt in vriendschappen, relaties en werk.


Conclusie

Je puber schreeuwt. Het is hard, pijnlijk en vermoeiend. Maar onder die schreeuw zit vaak een fluistering: “Beantwoord mij met liefde.”

Als jij dat lukt – niet perfect, maar stap voor stap – geef je je kind het mooiste cadeau. Het besef dat liefde niet verdwijnt als emoties hoog oplopen.

En dát maakt een puber sterk genoeg om later zelf te leren: boosheid is niet gevaarlijk. Het is gewoon een emotie.



Wil je leren hoe je boosheid van je puber beantwoordt met verbinding in plaats van strijd?

Lees ons e-book Verbinden met je puber (€9,99).
Of start met Puberproof Basics (DIY, €149) en ontdek hoe je ruzie ombuigt naar relatie.

Externe bron: Meer lezen over emoties in de pubertijd? Zie Nederlands Jeugdinstituut.