Je zit naast je puber op de bank met je telefoon in je hand en gedachten bij de boodschappen of dat ene mailtje. Je kind zegt iets en je knikt automatisch. Een uur later weet je niet meer wat er gezegd is. Herkenbaar? Dat is het verschil tussen fysiek aanwezig zijn en emotioneel aanwezig bij je puber. En je puber voelt dat verschil feilloos.
Het pijnlijke: je kind kan niet bij je terecht als jij zelf niet thuis bent in je hoofd en hart. In dezelfde ruimte zijn is niet genoeg. Zonder aandacht voelt het leeg.
Fysiek aanwezig, emotioneel afwezig
Veel ouders herkennen dit:
“Ik ben de hele dag thuis, maar mijn kind trekt zich terug.”
“Ze vertellen me niks, terwijl ik er altijd ben.”
“Hij komt alleen met kleine dingen, nooit met wat écht speelt.”
“We zitten samen op de bank, maar het voelt alsof we in twee werelden leven.”
De vraag is niet: ben je er fysiek? Maar: ben je emotioneel aanwezig bij je puber?
Wat aanwezig zijn echt betekent
Aanwezig zijn betekent méér dan samen in de kamer zitten. Pubers voelen haarfijn wanneer jij wordt opgeslokt door stress, telefoon of piekergedachten. Voor hen voelt dat als: ik kan nu niet terecht.
Verbinding is emotioneel, niet fysiek. Stel je voor: jij vertelt iets aan iemand die blijft scrollen. Hoe voelt dat? Precies dat ervaart je puber ook.
Waarom dit cruciaal is in de puberteit
De puberteit is een fase van losmaken, grenzen zoeken en identiteit testen. Maar dat betekent niet dat je puber jou minder nodig heeft. Integendeel.
Juist in deze chaos zoeken ze een veilige basis. Niet jouw adviezen, maar je luisterend oor. Niet jouw oplossingen, maar je aanwezigheid.
Als jij niet emotioneel aanwezig bent bij je puber, dan kan je kind dat vertalen naar: mijn gevoelens zijn niet welkom.
Gevolgen:
Meer afstand nemen
Minder delen
Emoties inslikken
Bevestiging zoeken op social media of bij vrienden
Quick wins: 5 praktische stappen
Maak korte momenten groots – vijf minuten écht luisteren is vaak genoeg.
Leg je scherm neer – telefoon weg = signaal: ik kies voor jou.
Check jezelf – ben ik beschikbaar of met mijn hoofd elders? Zeg eerlijk wat er speelt.
Reageer met aanwezigheid – stel vragen in plaats van “hmhm”.
Wees thuis in jezelf – hoe beter jij je gevoelens kent, hoe veiliger je puber zich voelt.
Extra praktische tips
Creëer rituelen – thee na school, samen wandelen, check-in bij eten.
Gebruik micro-momenten – oogcontact, knipoog, hand op schouder.
Durf stil te zijn – luisteren zonder adviezen kan genoeg zijn.
Herstel – “Ik was er net niet bij, wil je het opnieuw vertellen?”
Het verschil dat dit maakt
Stel je voor: je puber komt boos binnen. Je legt je telefoon weg en zegt: “Ik zie dat je baalt. Wil je erover praten of chillen?”
Dat moment is goud. Niet omdat je het probleem oplost, maar omdat je er echt bent. Kinderen leren dan: ik mag er zijn, ook met mijn chaos.
Een moeder ontdekte dat haar zoon pas begon te praten toen zij tijdens het eten de laptop dichtliet.
Een vader merkte dat zijn dochter opener werd toen hij zijn telefoon weglegde.
Een ouder die eerlijker werd over eigen gevoelens zag dat haar dochter meer durfde te delen.
Conclusie
Fysiek aanwezig zijn is niet genoeg. Je puber heeft jouw emotionele aanwezigheid nodig. Dat hoeft niet perfect te zijn: intentie en eerlijkheid zijn genoeg.
Vraag jezelf af: ben ik thuis in mezelf? Alleen dan kan je puber écht bij jou thuiskomen.
Je zit naast je puber op de bank met je telefoon in je hand en in gedachten bij de boodschappen of dat ene mailtje. Je kind zegt iets, jij knikt automatisch. Een uur later weet je niet meer wat er gezegd is. Herkenbaar? Dat is het verschil tussen fysiek aanwezig zijn en emotioneel aanwezig bij je puber. En je puber voelt dat verschil feilloos.
Het pijnlijke: je kind kan niet bij je terecht als jij zelf niet écht aanwezig bent in je hoofd en hart. Samen in dezelfde ruimte zijn is niet genoeg. Zonder aandacht voelt het leeg.
fysiek thuis, maar toch afstand
Veel ouders vertellen hetzelfde verhaal:
“Ik ben de hele dag thuis, maar mijn kind trekt zich terug.”
“Ze vertellen me niks, terwijl ik er altijd ben.”
“Hij komt alleen met kleine dingen, nooit met wat écht speelt.”
“We zitten samen op de bank, maar het voelt alsof we in twee werelden leven.”
De echte vraag is niet of je er fysiek bent. De vraag is: ben je er emotioneel aanwezig voor je puber?
waarom aanwezigheid meer is dan samen zitten
Pubers prikken feilloos door jouw innerlijke afwezigheid heen. Als jij opgeslokt wordt door stress, telefoon of vermoeidheid voelt je kind: ik kan nu niet terecht.
Verbinding is emotioneel. Je kunt naast je kind zitten en tóch onbereikbaar zijn. Stel je voor dat je iets deelt met iemand die blijft scrollen. Hoe voelt dat? Precies zo ervaart je puber het ook.
Waarom dit cruciaal is in de puberteit
De puberteit is dé fase waarin kinderen zelfstandiger worden en hun identiteit vormen. Ze zoeken grenzen op en testen hun onafhankelijkheid. Maar juist dan hebben ze jou nodig als veilige basis.
Niet jouw adviezen, maar je aanwezigheid. Niet jouw oplossingen, maar je luisterend oor.
Wanneer je niet emotioneel aanwezig bij je puber bent, kan je kind dat vertalen naar: mijn gevoelens zijn niet welkom of zelfs ik ben te veel.
Gevolgen zijn o.a.:
Meer afstand nemen
Minder delen
Emoties inslikken
Bevestiging zoeken op minder veilige plekken (vrienden, social media)
5 stappen om emotioneel aanwezig te zijn
Wees thuis in jezelf – hoe beter jij je gevoelens kent, hoe veiliger je puber zich voelt.
Maak korte momenten groots – vijf minuten écht luisteren is vaak genoeg.
Leg je scherm neer – telefoon weg = ik kies voor jou.
Check jezelf – zeg eerlijk: “Ik ben nu moe, straks ben ik er echt.”
Reageer met aandacht – stel vragen: “Hoe voelde dat voor jou?”
Extra praktische tipsvoor het dagelijks leven:
Creëer rituelen: kop thee na school, vaste check-in bij avondeten.
Gebruik micro-momenten: oogcontact, een knipoog, een hand op de schouder.
Durf stil te zijn: luisteren zonder adviezen.
Herstel: “Ik was er net niet echt bij, wil je het opnieuw vertellen?”
Het verschil dat dit maakt
Stel je voor: je kind komt boos binnen. Je bent moe en zou het liefst even niets horen. Maar je legt je telefoon weg, kijkt ze aan en zegt: “Ik zie dat je baalt. Wil je erover praten of wil je even chillen?” Dat moment is goud. Niet omdat je het probleem oplost, maar omdat je er bént. Kinderen leren dan: ik mag er zijn, ook met mijn chaos en emoties. Mijn ouder is er voor me. Dat gevoel bouwt vertrouwen en veerkracht.
Voorbeelden uit de praktijk
Een moeder merkte dat haar zoon pas begon te praten toen zij stopte met werken tijdens het eten.
Een vader legde zijn telefoon weg en zag dat zijn dochter meer deelde over vriendinnen.
Een ouder die opener werd over eigen gevoelens, ontdekte dat haar dochter ook meer durfde te delen.
Conclusie
Fysiek aanwezig zijn is niet genoeg. Je puber heeft jouw emotionele aanwezigheid nodig. Het gaat niet om uren, maar om kwaliteit. Vraag jezelf af: ben ik thuis in mezelf? Alleen dan kan je puber bij jou thuiskomen.